Roerende voorheffing: 3 maatregelen tegen fraude

Door Johan Van Overtveldt op 28 september 2018, over deze onderwerpen: Belastingen, Fiscale fraude, Financiën, Verandering

“Fraude moet je ook proactief aanpakken. Sancties achteraf volstaan niet. Met dit wetsontwerp dijken we de pistes die aanleiding kunnen geven tot fraude opnieuw in.” Minister van Financiën Johan Van Overtveldt heeft drie nieuwe maatregelen klaar voor de bestrijding van belastingfraude- en ontwijking. De focus ligt op oneigenlijke vrijstellingen van roerende voorheffing en de vergemakkelijking van de opeisbaarheid van roerende voorheffing in geval van een onterechte vrijstelling of terugbetaling.

1. Verkrijger als schuldenaar

Het wordt mogelijk om de verkrijger van de roerende inkomsten aan te wijzen als de schuldenaar van de roerende voorheffing wanneer er een onrechtmatige vrijstelling van de roerende voorheffing is vastgesteld of de roerende voorheffing onterecht aan die persoon is terugbetaald. Momenteel loopt de terugvordering via de burgerlijke rechtbank, maar in de toekomst zal dat kunnen via de procedure van een kohier.

2. Volle eigendom van onderliggende effecten

Momenteel wordt de roerende voorheffing soms onterecht tweemaal gerecupereerd. Om de verrekening te kunnen toepassen moet de belastingplichtige daarom voortaan de volle eigendom van de onderliggende effecten hebben op de datum waarop de rechthebbenden van de dividenden worden geïdentificeerd. De mogelijkheid tot verrekening wordt op die manier alleen toegekend aan de partij die als rechthebbende van het dividend wordt beschouwd.

3. Pensioenfondsen: dividenden minstens 60 dagen aanhouden

Belgische en buitenlandse pensioenfondsen zullen de effecten waaruit dividenden voortkomen en waarvoor zij een vrijstelling of een verrekening van de roerende voorheffing minimaal 60 dagen moeten aanhouden indien ze nog aanspraak willen maken op de vrijstelling of verrekening van de roerende voorheffing. Momenteel is het mogelijk voor pensioenfondsen om die effecten minder dan 60 dagen aan te houden, wat het vermoeden sterkt van een kunstmatige rechtshandeling. Bij zulke participaties van korte termijn verschuift de bewijslast naar de belastingplichtige.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is