U bent hier
Europa, sterk waar nodig
Europese samenwerking draait om welvaart en welzijn van de burger. De inzet van de Europese verkiezingen is niet gering en laat zich niet herleiden tot meer of minder Europa. Zoals wel vaker is de realiteit genuanceerder. De N-VA pleit voor een realistische aanpak: Europa, sterk waar nodig.
De N-VA gelooft in Europese samenwerking voor de uitdagingen die te groot zijn voor één land. Wie wil er terug naar de Belgische frank, lange files aan grensovergangen of ingewikkelde paperassen voor het in- of uitvoeren van producten? Voor de euro, de eengemaakte markt en defensie heb je nu eenmaal samenwerking in Europa nodig.
De N-VA neemt Europa ernstig en durft daarom ook kritische vragen stellen bij de werking van de EU. Net omdat de EU vandaag zo belangrijk is, is een sterke Vlaamse stem in Europa noodzakelijk. Bovendien, omdat ze zoveel burgers vertegenwoordigt, moet ze voldoende gedragen zijn door die burgers. Daar wil vandaag het schoentje wel eens knellen.
Legitimiteit en betrokkenheid
Europa mag geen ver-van-ons-bedshow zijn. Vandaag ligt hier een grote uitdaging. Slechts één Europese burger op drie heeft een positief beeld van de EU. Ook de sterke opkomst van de eurosceptici, die volgens peilingen wel eens 25 procent tot 30 procent van het aantal zitjes in het Europees Parlement zouden kunnen bemannen, wijst op het dalend vertrouwen in het Europees project.
De legitimiteit van de EU kan enkel groter worden indien nationale politici zelf de EU niet meer als bliksemafleider gebruiken voor moeilijke maatregelen, en ze de concrete meerwaarde en resultaten die Europese samenwerking oplevert, ook daadwerkelijk op Europa’s hoed durven steken. Men wil wel de lusten, maar niet de lasten van Europa. Dat is uiteraard flauw.
De N-VA schuift enkele concrete ideeën naar voor om dit proces te doorbreken: zo willen we de nationale parlementen europeaniseren. Een Minister moet zowel vóór als na elke vergadering van de (Europese) Raad het standpunt verduidelijken voor het parlement, voor belangrijke onderwerpen is een expliciet onderhandelingsmandaat nodig. De praktijk in Nederland en Duitsland toont aan dat meer debat in de nationale parlementen ook zorgt voor meer Europa in de media en dus meer informatie voor de burgers.
Ook een wetgevend initiatiefrecht van het Europees Parlement en de nationale parlementen voor de Europese bevoegdheden, levert een concreter resultaat op dan de voorstellen die de traditionele partijen bepleiten om de kloof met de burger te dichten. Zo is het proces van kandidaat-voorzitters voor de Europese Commissie een schabouwelijk schouwspel geworden over de verdeling van de postjes. Christendemocraten, socialisten en liberalen sjacheren over verschillende mandaten. Guy Verhofstadt zou al onderhandelen over het mogelijk voorzitterschap van het Europees Parlement, mocht hij naast het voorzitterschap van de Europese Commissie grijpen. CD&V wil Berlusconi uit de EVP, maar wel pas nadat zijn partij mee de nodige zetels in het Europees Parlement kan aanleveren, om toch maar de grootste fractie te blijven. De N-VA past hiervoor en kiest voluit voor de inhoud.
Subsidiariteit
Wetgeving moet zo dicht mogelijk bij de burger worden gemaakt en uitgevoerd. Dat is subsidiariteit. We bewijzen Europa allerminst een dienst door “meer Europa” als antwoord op alle uitdagingen naar voor te schuiven. De N-VA zet zich dus af tegen een Europese superstaat, maar ook tegen een Vlaanderen dat zich terugplooit op zichzelf.
Een correcte toepassing van het subsidiariteitsprincipe is essentieel. Ook hier heeft de N-VA concrete voorstellen. De subsidiariteitstoets moet een meer bindend karakter krijgen. Indien een bepaald quorum van nationale en/of regionale parlementen stelt dat beleid beter op nationaal of regionaal niveau uitgevaardigd wordt dan op Europees niveau, moet de Europese Commissie haar voorstel intrekken.
We zien dat andere partijen vaak lippendienst bewijzen aan het subsidiariteitsprincipe: zo horen we Guy Verhofstadt vandaag zeggen - zoals recent nog bij de voorstelling van zijn plannen voor de EU als Commissievoorzitter - dat Europa enkel moet ageren waar het meerwaarde kan bieden, terwijl hij in zijn boek Voor Europa! nog pleitte voor de oprichting van een Europese Staat via een postnationale revolutie. De lectuur van zijn burgermanifesten leert trouwens dat het niet de eerste keer is dat Verhofstadt ideologisch flexibel is.
Solidariteit en verantwoordelijkheid
De Vlamingen zijn een open en solidair volk, dat bewijzen wij al decennia lang. Solidariteit is echter geen onvoorwaardelijk verhaal, maar gaat gepaard met die andere zijde van dezelfde medaille, verantwoordelijkheid. De N-VA wil van de EU geen België XL maken met ongelimiteerde transfers. Solidariteit moet objectief, transparant en efficiënt zijn en gepaard gaan met verantwoordelijkheid. Euro-obligaties zijn dus geen goed idee, omdat lidstaten daarmee hun verantwoordelijkheid kunnen afschuiven en de problemen kunnen doorschuiven naar toekomstige generaties.
Ons verhaal begint in Vlaanderen en eindigt in Europa. Wat wij in dit land willen doen, orde op zaken stellen, willen wij ook in Europa doen. Duidelijk, eerlijk, realistisch. Kiezen voor de N-VA is met andere woorden kiezen voor een sterke Vlaamse stem in Europa.
Namens alle kandidaten op de Europese lijst van de N-VA: Johan Van Overtveldt, Helga Stevens, Mark Demesmaeker, Louis Ide, Miet Vandersteegen, Jan Moons, Clémence Maes, Mieke Van Hootegem, Simonne Janssens-Vanoppen, Nabilla Ait Daoud, Matthias Storme, Marc Descheemaecker, Sander Loones, Anneleen Van Bossuyt, Ralph Packet, Ann-Sofie Van den broeck, Veerle Stassijns, Laurent Mutambayi en Flor Van Noppen.